Geschiedenis wordt gemaakt door mensen. In Het grote verhaal van Apeldoorn gaat het - direct of indirect - altijd over mensen. Over Apeldoorners, over mensen die geboren zijn in Apeldoorn, mensen die hier hebben gewoond en geleefd of mensen die hier lang of kort verbleven en hun stempel op de geschiedenis van Apeldoorn hebben gedrukt.
Woonden er op het grondgebied van de gemeente Apeldoorn in 1850 nog ongeveer 10.000 mensen, inmiddels zijn dat er bijna zeventien keer zoveel. Sommige van die Apeldoorners hebben indruk gemaakt, anderen zijn zelfs beroemd geworden tot ver buiten Apeldoorn. Denk aan oud-premier Piet de Jong die werd geboren in Apeldoorn-Zuid. Aan Joop Braakhekke, die voordat hij bekend werd als tv-kok, al een gerenommeerd restauranthouder in Apeldoorn was. Aan Lydia Tuinenburg, het eerste echte tieneridool van Nederland, of aan Ans Schut die een gouden medaille won op de Olympische winterspelen van 1968. En natuurlijk kunnen we niet om Wilhelm Röntgen heen, zonder twijfel de beroemdste Apeldoorner, uitvinder van de gelijknamige straling en winnaar van de eerste Nobelprijs voor Natuurkunde. Hij woonde van zijn derde tot zijn zeventiende in Apeldoorn.
En dan hebben we het nog niet gehad over Paleis Het Loo en zijn aantrekkingskracht op prinsessen, koningen en koninginnen. Tsaar Peter de Grote logeerde ooit in de herberg die sindsdien de Keizerskroon is gaan heten. Elisabeth van Beieren, beter bekend als prinses Sisi, wandelde ooit op de Loolaan. Koningin Wilhelmina beschouwde haar hele leven Paleis Het Loo als haar thuis en nadat ze in 1948 haar troon aan Juliana had overgedaan, liet ze zich inschrijven als burger en inwoner van Apeldoorn.
Andere Apeldoorners genieten misschien minder naam en faam, maar hebben toch een levensgeschiedenis die een plek in Het grote verhaal van Apeldoorn verdient. Omdat ze belangrijk zijn geweest voor Apeldoorn of iets opmerkelijks tot stand hebben gebracht. Wereldberoemd waren in Apeldoorn of omdat ze de ontwikkelingen en gebeurtenissen van hun tijd belichamen of illustreren. Of gewoon omdat het jammer zou zijn als ze vergeten worden…