Vóór 1918, toen het nog niet zo druk was op de Nederlandse wegen, was voorrang nog geen regel, maar een gunst. Alle kruispunten waren gelijkwaardig en wie er een naderde kwam er al communicerend met andere weggebruikers wel uit wie eerst mocht. In 1918 was deze situatie onhoudbaar geworden. Wettelijk werd vastgelegd: verkeer van rechts heeft voorrang. Diezelfde regel wordt in 1949 ook Europees ingevoerd. Maar waarom rechts? Waarom niet links?
In 1965 wordt het Comité Links Voorrang opgericht onder bezielende leiding van de wiskundige en jezuïet Ed Krekelberg. Volgens pater Krekelberg geldt bij een soepele afwikkeling van verkeersdrukte op een kruispunt dat “afvoer moet gaan vóór toevoer”, want als het verkeer niet van een kruispunt kan wegkomen, stokt ook de toevoer. Die soepele afwikkeling wordt volgens Krekelberg als vanzelf bewerkstelligd wanneer niet verkeer vanaf rechts, maar vanaf links voorrang heeft. Voorrangswegen zijn dan niet meer nodig, verkeerslichten overbodig, de doorstroming wordt met tientallen procenten verhoogd en het aantal ongevallen neemt navenant af.
Nationaal en internationaal krijgt het initiatief veel aandacht. Maar er zijn ook veel mensen die twijfelen aan Krekelbergs theorieën en hem zelfs uitlachen. Om de sceptici te overtuigen organiseert Links Voorrang verschillende proefnemingen. Op 8 maart 1967 doen ze dat voor de derde keer en wel in Apeldoorn Zuid. In de doorgaans stille Valeriuslaan en Chopinlaan zal het zelden drukker geweest zijn dan op die doordeweekse woensdag.
De proef wordt georganiseerd door Chris Hakkennes van de verkeersafdeling van de Gemeente in samenwerking met 32 leerlingen van de Auto-Technische School, die deze kans om reclame te maken voor hun opleiding niet laten schieten. Nieuw bij de Apeldoornse proef is dat er niet met de toegestane snelheid van 50 km/u gereden zal worden, maar met 35 km/u. Links Voorrang is er namelijk ook van overtuigd dat met deze lagere snelheid de doorstroming op een kruising optimaal wordt. Hakkennes legt uit: “ledereen kent de op een kruispunt zwaaiende agent die het verkeer tot grotere spoed aanmaant. Kunnen door opvoering van de snelheid werkelijk méér auto's passeren? Integendeel, door de grotere snelheid worden ook de ruimten tussen de voorbijschietende auto's groter, zodat de winst nihil is.
De proefnemingen wijzen uit dat met links voorrang in dezelfde tijdspanne drie tot zelfs vier keer meer auto’s een kruispunt kunnen passeren. Toch komt de grote regelwijziging er niet. Wie aan ingesleten regels en gewoonten tornt, roept veel weerstand op. De besluitvormers in Nederland achten Links voorrang politiek niet haalbaar. Het zou ook betekenen dat Nederland in zijn eentje afwijkt van de Europese regels.