Willem de Heus start een koperpletterij
Voordat Willem de Heus er een koperpletterij van maakt, is De Vlijt een papierfabriek. Het was Johan Steenbergen de Jonge die in 1593 onder die naam de eerste papiermolen in Apeldoorn oprichtte. In de loop van de zeventiende en achttiende eeuw volgen tientallen papiermolenaars zijn voorbeeld en wordt de papiermakerij de belangrijkste industrie van de Veluwe.
In de twee eeuwen daarna breidt De Vlijt verder uit en wisselt deze regelmatig van eigenaar. Nadat de molen in 1816 volledig in handen komt van J.H. Gunning, groeit de fabriek flink en komen er meerdere molens bij.
Gunning verkoopt de molen in 1824 aan ondernemer Jan Hendrik Ameshoff, die een jaar later vlak bij de molen villa Marialust bouwt.
Ameshoff bouwt in 1840 een moderne stoomfabriek naast de molen. Helaas heeft dit weinig effect omdat de papierindustrie in Apeldoorn dan al lang niet meer zo winstgevend is als voorheen. Om die reden verkoopt hij de fabriek drie jaar later aan Willem Hendrikus de Heus, een fabrikant uit Utrecht die de papierfabriek ombouwt tot koperpletterij. In deze fabriek worden vooral ruw koper en koperschroot geproduceerd, maar ook andere metalen. Na het walsen (pletten) in de pletterij worden de producten per boot naar onder andere Amsterdam vervoerd waar ze verder verwerkt worden. De fabriek draait tot 1930 op een combinatie van stoom- en waterkracht. Wanneer de fabriek afgesloten wordt van de Grift, draait de koperpletterij nog een tijd lang op elektriciteit, maar moet ze tenslotte toch de deuren sluiten.